Tips ter vermijding c.q. vermindering van straling van het mobieltje

Voor meer gedetailleerde tips per categorie klik op het kopje van de rubriek voorlichting.

-------------------------------------------------

Tips ter vermijding c.q. vermindering van straling van het mobieltje

Het mobieltje is zonder twijfel de sterkste elektromagnetische stralingsbron in onze nabijheid. Daarbij gaat het om meerdere miljoenen microwatt per vierkante meter direct aan het hoofd. Meer dan naast een magnetron. Door het mobieltje te gebruiken loopt u risico, zonder enige twijfel, maar helaas is nog niemand in staat om de omvang van dat risico in te schatten. Daarom, probeer uw persoonlijke dosis zo gering mogelijk te houden.

1. Als belangrijkste tip, telefoneer niet met een mobieltje maar met een vaste lijn. Als je met een mobiele telefoon moet bellen, doe dat dan zo weinig en zo kort mogelijk. Gebruik het mobieltje uitsluitend voor noodgevallen. Iedere minuut bellen laat indrukken achter in je hersenen, dagen later zijn die nog meetbaar.

2. Telefoneer niet in gesloten ruimtes, want dan moet het mobieltje extra zwaar zenden om door te komen. Als er in gesloten ruimtes getelefoneerd moet worden, doe dat dan bij het geopende raam. Bel slechts in uiterste nood in parkeergarages, kelders, metrostations, enz.

3. Bel nooit met je mobieltje in treinen, bussen, trams of liften want de zendcapaciteit wordt op maximaal gezet en de straling wordt binnen de ruimte heen en weer gereflecteerd.

4. Bel ook niet in de auto, ook niet als er een handsfree installatie met buitenantenne in de auto is. Zodra een externe antenne is aangesloten, schakelt het mobieltje wel de eigen antenne uit, maar treedt er een ander probleem op. Zie het kader onder deze tips!

5. Telefoneer altijd, als er gebeld moet worden, buiten, vrij van bebouwing.
Als u met een mobieltje belt, bel dan zo veel mogelijk buiten, niet in een gebouw. Probeer zo veel mogelijk afstand te houden van uw medemensen, liefst meer dan 10 m, hetgeen niet altijd gemakkelijk zal zijn.

6. Probeer zoveel mogelijk afstand tot mobieltjes te houden die in gebruik zijn. De afstand maakt uit, daarbij is iedere decimeter en meter de moeite waard.

7. Er is als accessoire verkrijgbaar een kleine externe antenne voor het mobieltje, die met een dun draadje kan worden aangesloten. Hierdoor zendt de antenne op een meter of meer afstand en niet meer direct aan het hoofd. Deze kleine antenne kan ook thuis aan de buitenzijde tegen de buitenmuur geplaatst worden en met een draadje naar het mobieltje geleid worden, waardoor er, net als in de auto, een externe antenne gebruikt wordt. Daarmee is de straling uit het huis weg, de muren schermen al enigszins af, het mobieltje kan met een veel geringere zendsterkte werken. Dat spaart ook nog eens batterijen.

8. Telefoneer niet met headsets die met een dun kabeltje en een oorknopje werken. Daarmee wordt de straling namelijk direct in het oor geleid, nog dieper de hersenen in. Een headset die via een afgeschermde kabel wordt aangesloten zou wel kunnen helpen, maar deze kabels zijn nog niet op de markt. Het zou ferritommantelde kabel moeten zijn of één met een ferritkern.

9. Als u een mobieltje koopt let dan op de SAR-waarde. Een lage SAR-waarde betekent beduidend minder straling, maar nog lang niet stralingsarm. SAR-waardes van 0,2 W/kg zijn nu bereikbaar en verkrijgbaar. De SAR-waarde staat op de verpakking vermeld. Bij twijfel kijk op de website www.handywerte.de

10. Schakel het mobieltje zo veel mogelijk helemaal uit, dan veroorzaakt het mobieltje geen elektrostress meer, ook niet om af en toe contact op te nemen met het basisstation.

11. Leg het mobieltje in stand-by stand nooit direct naast het bed, vanwege de straling veroorzaakt door het regelmatig contact opnemen met het basisstation.

12. Vermijdt gesprekken met een slechte verbinding. Het gevolg is namelijk dat het mobieltje extra hard gaat zenden en dus stralen.

13. Bij de opbouw van de verbinding is de veldsterkte het hoogst. Houd in deze secondes het mobieltje weg van het oor. Als de verbinding is opgebouwd wordt de zendcapaciteit aangepast aan het noodzakelijke, veelal sterk gereduceerde, niveau voor het gesprek.

14. Verstuur liever een SMS dan bellen. Een SMS is kort en het mobieltje wordt niet direct aan het oor gehouden. Jongens en mannen moeten wel opletten het mobieltje niet direct in de schoot te houden. De kwaliteit van het sperma wordt er negatief door beïnvloed.

15. Als u een pacemaker draagt is een mobieltje gevaarlijk voor u. Draag het nooit in de buurt van de borstkas, regelmatig zendt het mobieltje een maximaal signaal aan het basisstation.

16. Heeft u amalgaam vullingen, een brug, een beugel of andere metalen in de mond of draagt u een metalen bril, sierraden, piercings, wees voorzichtig. Metalen op en aan het lichaam gedragen zich als antennes voor de elektrostress van mobieltjes.

17. Geef kinderen nooit een mobieltje, onder de 16 jaar zou het verboden moeten zijn, daarboven afgeraden. Telefoneer al helemaal niet in de buurt van een baby. Let op dat u uw handtas met het in stand-by stand staande mobieltje niet onder in de kinderwagen legt. Uw kind wordt aan grote elektrostress blootgesteld.

18. Houd minstens 10 meter afstand als u belt tot uw medemens. Houdt rekening met anderen, de andere zijn passieve bellers (vergelijkbaar met passieve rokers).

19. Mobieltjes moeten uit in vliegtuigen, laboratoria, nabij gevoelige (medische) apparatuur, omdat ze kunnen storen. Mobieltjes ook niet gebruiken tijdens het tanken of op andere plaatsen waar open vuur gevaarlijk kan zijn, als ze vallen kunnen ze vonken.

20. Geloof helaas niet alles wat de telefoon industrie, de regering, de Gezondheidsraad en anderen zeggen om u gerust te stellen. Informeer u zelf, via boeken of internet en spreek er met anderen over. Vergeet vooral niet, we zijn met z’n allen een deel van een heel groot experiment, waarvan we niet weten hoe het zal aflopen.

21. Tot slot: vergeet niet dat vanwege ieder gesprek dat u met uw mobieltje voert, u mede verantwoordelijk bent voor het plaatsen van de vele zenders om ons heen. Zou er geen vraag naar bellen zijn, dan zouden we geen zenders om ons heen hebben.

Bron: Prof.dr.ir. Michiel Haas en Henk Wever MSc, ''Elektrostress & Gezondheid''

Lees verder in de categorie Voorlichting | Terug naar homepage | Lees de introductie