Reactie van de Gezondheidsraad

woensdag, 15 september 2004 - Categorie: Reacties

23 juli is naar de Gezondheidsraad een e-mail gestuurd. Ruim anderhalve maand later ontvang ik (15 september) een reactie van M. de visser, de vice-voorzitter van de Gezondheidsraad. De brief is hier te lezen: Reactie Gezondheidsraad

In de brief wordt gesteld dat de Gezondheidsraad geen studies negeert, maar deze wel aan een kritische beoordeling onderwerpt en nagaat hoe relevante informatie in een groter geheel past. Verder stelt de G.R., dat hoewel er wel effecten gevonden worden in enkele studies, deze niet eenduidig zijn of geen invloed hebben op de gezondheid.
Commentaar: Als de effecten niet eenduidig zijn, wordt dus aangenomen dat ze niet schadelijk zijn ?
Hoe kan men weten of een effect wel of geen invloed op gezondheid heeft ? Volgens mij kan niemand dat weten. Van veel biologische effecten is met enige rationeel denkvermogen te verwachten dat deze wel invloed op de gezondheid hebben. Denk daarbij aan het opengaan van de hersen- bloed barriere en het ontregelen van de calciumkanalen in de cellen.

Vervolgens geeft de G.R. aan dat bij het TNO COFAM onderzoek de vragenlijst discutabel is. Omdat deze vragenlijst niet geschikt zou zijn, is het onmogelijk om te concluderen of blootstelling aan UMTS antennes al dan niet schadelijk is.
Commentaar: Die vragenlijst is mijns inziens perfect bruikbaar voor het vaststellen van een effect op het welbevinden. Bij 21 van de 23 vragen geven de mensen (zonder het zelf te weten, dubbelblind en placebogecontroleerd) die blootgesteld worden aan UMTS straling aan dat het welzijn vermindert. Deze resultaten lijken me niet voor discussie vatbaar.

Daarnaast geeft de G.R. toe dat ze niet weten of UMTS al dan niet schadelijk is.
Commentaar: Waarom ze dan concluderen "dat er geen enkele reden is voor ongerustheid over gezondheidseffecten ten gevolge van niet-thermische mechanismen" is volkomen onduidelijk. Ze weten niet of het al dan niet schadelijk is, maar toch weten ze zeker dat men zich daar niet ongerust over moet maken. Dat is op zijn minst opmerkelijk !

De G.R. stelt dat het aan de politiek is om al dan niet het voorzorgsbeginsel te hanteren.
Commentaar: Wanneer de GR stelt dat er geen enkele reden tot ongerustheid is, geeft de GR feitelijk direct advies om het voorzorgsbeginsel te verwerpen. Nogmaals: Hoe men bij de GR kan concluderen dat er geen enkele reden tot ongerustheid is, is volstrekt onduidelijk. Ze geven namelijk zelf toe dat men niet weet of deze straling schadelijk is.

De G.R. reageert niet op de laatste paar vragen in mijn brief. Ik neem dus aan dat ze hier geen passend antwoord op hebben. Ik laat het aan de lezer om zelf conclusies te trekken over dit stilzwijgen.



Lees verder in de categorie Reacties | Terug naar homepage | Lees de introductie