Raad van State: Bij milieuvergunning zenders uitgaan van zo laag mogelijke blootstelling

dinsdag, 22 maart 2011 - Categorie: Juridische Informatie

Gerelateerd artikel: Juridische%20Informatie/5428n.

Bron: Kennisplatform EMV 22 maart 2011

Raad van State: Bij milieuvergunning zenders uitgaan van zo laag mogelijke blootstelling

Op 19 januari 2011 heeft de Raad van State een uitspraak gedaan over de toepassing van het 3 V/m criterium bij milieuvergunningen voor omroepzenders (FM radio en digitale televisie). Deze uitspraak hangt samen met een uitspraak van de Raad van 14 januari 2009 over milieuvergunningen voor zenders.

Eerste indruk
De Raad van State is van oordeel dat als het technisch mogelijk is om met de veldsterkte onder de 3 V/m te blijven, er niet meer mag worden toegestaan. De regel is dat er niet meer vergund mag worden dan nodig voor de activiteiten beschreven in de aanvraag. De vergunninghouder of aanvrager van een nieuwe vergunning moet laten zien dat de best beschikbare technieken worden toegepast om de veldsterkte zo laag mogelijk te houden. Alleen met een deugdelijke motivatie mag een hogere veldsterkte worden toegestaan, tot het maximum van 28 V/m, de limiet voor de bescherming van de bevolking zoals aanbevolen door de Raad van de Europese Unie.

De uitspraak zal praktisch geen invloed hebben op de blootstelling en de gezondheidssituatie. Volgens de Raad van de Europese Unie worden op basis van de wetenschappelijke informatie geen gezondheidseffecten verwacht onder de 28 V/m. Steekproefmetingen van Agentschap Telecom laten zien dat de gezamenlijke veldsterkte van FM- en digitale televisiezenders bijna overal in Nederland onder de 3 V/m blijft.

Achtergrond
De Raad van State heeft voor deze zenders in 2009 de toepasbaarheid bevestigd van de 28 V/m limiet voor de bescherming van de bevolking zoals aanbevolen door de Raad van de Europese Unie. Echter, volgens de Raad mogen zenders daarbij niet meer uitzenden dan redelijkerwijs nodig om technisch te kunnen functioneren.

‘Ter zitting is door vergunninghoudster bevestigd dat de elektrische veldsterkte op bevolkingsniveau tengevolge van de gehele inrichting(…)gelet op de technische mogelijkheden, kan voldoen aan de waarde van 3 V/m. (…) Onder deze omstandigheden is het derhalve in strijd met artikel 8.11, derde lid, van de Wet milieubeheer, indien aan de inrichting een hogere veldsterkte op bevolkingsniveau dan 3 V/m wordt toegestaan.’

De kern van de hierboven geciteerde uitspraak van de Raad van State is dat, zolang aan gezondheidsnormen wordt voldaan, getoetst moet worden aan de redelijke haalbaarheid van een lagere blootstelling. Artikel 8.11, derde lid, van de Wet milieubeheer verlangt dat ‘voor de inrichting in aanmerking komende best beschikbare technieken worden toegepast’. De redenering is dat op plekken waar mensen kunnen komen het blootstellingsniveau zo laag moet zijn als redelijk haalbaar door toepassing van de best beschikbare technieken. Dit staat los van het feit dat het gebruikte 3 V/m criterium oorspronkelijk is bedoeld ter voorkoming van storing aan apparaten.
Overigens is artikel 8.11 van de Wet milieubeheer, waarop deze uitspraak is gebaseerd, komen te vervallen en vervangen door artikel 2.14 eerste lid onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Dit artikel heeft een gelijke strekking waardoor ook onder de nieuwe wet de best beschikbare technieken moeten worden toegepast om de blootstelling aan elektromagnetische velden laag te houden.

Publicatie:
Uitspraken Raad van State, 19 januari 2011, zaak nr. 201004935/1 en 14 januari 2009, zaak nr. 200800497/1

Voor het originele artikel zie:
kennisplatform.nl/actueel/11-03-22 .



Lees verder in de categorie Juridische Informatie | Terug naar homepage | Lees de introductie