Bespreking boek Belgische epidemioloog Luc Bonneux.

dinsdag, 18 oktober 2011 - Categorie: Folders en publicaties

Gerelateerde berichten:
Berichten%20Nederland/6127
Artikelen/6139

------------------------------------

Boekbespreking: kritische epidemioloog laat scepsis varen

Auteur van dit artikel: ir. F. van Velden

In zijn boek ‘En ze leefden nog lang en gezond’ levert arts en epidemioloog Luc Bonneux gezonde, rationele kritiek op onzin over kanker. Niet alles wat hij schrijft klopt (hij noemt bijvoorbeeld zuurstof een brandbaar gas), maar zijn kritiek op de waan van de dag, op het ‘post hoc, ergo propter hoc’-denken, op de hysterie onder de mensen en de kwakzalverij van het genezen van gezonde mensen, is helder en volkomen terecht.

De schrijver benadrukt dat we tegenwoordig ontzettend gezond zijn. We hebben onze gezondheid door de evolutie verworven en ondersteunen hem met ‘evidence based medicine’ (geneeskunde op grond van het beste bewijs). Maar wat we óók doen is onze omgeving wijzigen, aanvullen met stoffen en agentia, invullen met nieuwe bezigheden en levenswijzen. Soms is dat gunstig (hij noemt minder zware arbeid als voorbeeld), soms ongunstig (asbest als voorbeeld).

Bonneux bespreekt de fotosynthese als een spectaculaire evolutionaire uitvinding, de mogelijkheid om energie uit straling van de zon te benutten. Een foton daarvan heeft onvoldoende energie om een elektron uit zijn baan te brengen (ionisatie), maar voldoende om een elektron ‘aan te slaan’. Planten zijn in staat de geabsorbeerde energie te oogsten voordat hij daarna opgaat in warmte. Ze gebruiken de energie voor de omzetting van koolstofdioxide in koolhydraten.

Het zien met hersenen en ogen is ook zo’n spectaculaire evolutionaire uitvinding. Ook daarbij wordt geen elektron uit zijn baan verdreven. De fysieke vorm van een molecuul in de kegels en staafjes van het oog verandert enigszins door de energie van een foton. Het lichaam stuurt vervolgens een signaal naar de hersenen. Dit systeem zou een versterking van het zonlicht met een miljard maal niet aankunnen (nog afgezien van de overmatige opwarming die dan zou optreden).

Vanaf bladzijde 272 laat Bonneux zijn gezonde scepsis en verstand echter helemaal varen. Hij gaat net zo hevig tekeer als de tegenstanders van Semmelweis met zijn empirische feiten (Semmelweis ontdekte het verband tussen handen wassen en kraamvrouwenkoorts). Dat we de hoogfrequente straling in ons milieu een miljard maal versterken, dat we daar niet op zijn geëvolueerd, dat het ‘aanslaan’ van de elektronen weliswaar niet voldoende is voor ionisatie of overmatige opwarming, maar wel effecten heeft - Bonneux wil het niet weten.

Hij noemt onder meer kanker en rillingen (sic!) als negatieve gevolgen die niet door hoogfrequente straling veroorzaakt kunnen zijn. Wat hij niet noemt zijn klachten als hevige pijn, niet kunnen slapen en allerlei klachten van neurologische aard. In plaats van de feiten te bespreken begint hij over complotten en ‘whiplash’, zwaait als afleidingsmanoeuvre zelfs met het Mesmerisme. Hij legt verbanden die helemaal niet bestaan en verklaart stellig dat alle effecten van blootstelling aan hoogfrequente straling zijn ingebeeld.

Bonneux schreeuwt: ‘we zijn gezond en hoogfrequente straling is niet schadelijk’. Hij heeft gelijk, we zijn gezond en kunnen tegen een stootje. We kunnen in de regen lopen en onder water zwemmen, in de zon liggen en wind en koude trotseren. We gaan ook echt niet meteen ten onder aan het klonteren van onze rode bloedcellen door mobiel bellen (een empirisch feit), noch door effecten op neurotransmitters en endocriene systemen. Maar het kán wel eens negatief uitpakken.

Natuurlijk heeft Bonneux gelijk dat een aantal mensen bang is voor hoogfrequente straling en dáár last van heeft (het nocebo-effect). Er zijn ook mensen die bang zijn voor asbest en dáár de kriebels van krijgen. Niettemin kan asbest feitelijk asbestose en mesothelioom veroorzaken. Maar ook mensen zonder kennis van en angst voor hoogfrequente straling melden gezondheidsklachten die verdwijnen door bijvoorbeeld afscherming. De effecten van de een miljard maal versterkte hoogfrequente velden kunnen (anders dan door opwarming) ook negatieve gevolgen hebben, die op hun beurt schade kunnen veroorzaken.

Bonneux heeft gelijk dat mensen niet bang gemaakt moeten worden, dat cognitieve therapie helpt (evidence based!) om met de klachten om te gaan (maar niet om de klachten te genezen) en dat kwakzalverij een probleem is. De medische wereld (voorzover zelf niet op het kwakzalverspad) jaagt mensen met klachten gerelateerd aan hoogfrequente velden naar de ‘aanvullende zorg’. Daar kopen zij allerlei onzinnige producten en diensten - vergezeld van kletskoek. Het heeft op zijn best een placebo-effect, als de patiënt niet ziek is.

Terecht noemt Bonneux het onderzoeksprogramma van ZonMW pseudowetenschap. Niet de feiten, noch de effecten op neurotransmitters en endocriene systemen en het klonteren van rode bloedlichaampjes worden onderzocht, niet in het laboratorium en niet epidemiologisch. Noch wordt onderzoek gedaan aan de mensen die gezondheidsklachten ervaren. Het is onbegrijpelijk dat een scherp analyticus zoals Bonneux niet door de pseudowetenschap van onder meer de psycholoog Rubin heenprikt en zich laat leiden door de starre mening van bijvoorbeeld de Gezondheidsraad.

Toch kan ik het boek aanbevelen. Al was het maar om te ontdekken dat Bonneux rond fijn stof weer bij zinnen komt. ‘De essentie van wetenschap is dat we niet zo veel met grote zekerheid weten. De grenzen van onze kennis eerlijk aangeven is een democratischer keuze dan een geforceerde wetenschappelijke consensus.’ Zo is het.

Frans van Velden

‘En ze leefden nog lang en gezond - Hoe gezondheid een industrie werd’
Auteur: Luc Bonneux
Uitgeverij Lannoo, tweede druk 2011
ISBN 978 90 209 9126 0



Lees verder in de categorie Folders en publicaties | Terug naar homepage | Lees de introductie