Toespraak Stopumts bij de 7e bijeenkomst van de klankbordgroep Kennisplatform EMV. (Upd+Opm.)
zondag, 18 maart 2012 - Categorie: Artikelen
Gerelateerd artikel: Artikelen/5470 (Vorige toespraak).
Update 18 maart 2012: Zie ook onze opmerking onderaan dit artikel.
----------------------------------------------------
Bij de bij 7e bijeenkomst van de klankbordgroep van het Kennisplatform EMV & Gezondheid werd Stopumts gevraagd een reactie te geven op het memo dat het Kennisplatform Elektromagnetische Velden op 15 dec. 2011 publiceerde onder de titel: “Wetenschap geeft geen duidelijkheid over relatie tussen hersentumoren en gebruik mobiele telefoon”. Hieronder leest u de toespraak die de woordvoerder van Stopumts op 15 maart 2012 in Den Bosch gehouden heeft:
--------------------------------------------------
Hersentumoren en het gebruik van de mobiele telefonie.
Overzicht van de maatschappelijke stand van zaken.
Voorzitter,
Naar aanleiding van de indeling van radiofrequente elektromagnetische velden (dus niet alleen mobieltjes maar ook van DECT telefoons, WiFi en babyfoons) in de categorie 2B (mogelijk kankerverwekkend) door de IARC, het International Agency for Research on Cancer (het onderzoeksinstituut van de WHO voor kanker), publiceerde het Kennisplatform Elektromagnetische Velden op 15 dec. 2011 een memo met als titel: “Wetenschap geeft geen duidelijkheid over relatie tussen hersentumoren en gebruik mobiele telefoon”.
De titel van deze memo wijst op de onzekerheid onder wetenschappers. Dat gegeven alleen al rechtvaardigt de inwerkingtreding van het voorzorgsprincipe.
Bovendien zijn er een paar bijzonder opvallende kanttekeningen te maken die laten zien dat het Memo een verkeerde voorstelling van zaken geeft:
1.
Volgens een toelichting in Brussel op 17 okt. 2011 door David Gee, bij de Europese Milieucommissie EEA verantwoordelijk voor de publicatie ''Late Lessons from Early Warnings'', kent de categorie 2B (mogelijk kankerverwekkend) nog een onderverdeling en wel in stoffen die laag gerangschikt zijn (zoals koffie voor uitsluitend prostaatkanker) en stoffen die hoog gerangschikt zijn (zoals DDT voor verschillende kankers).
Volgens David Gee horen radiofrequente elektromagnetische velden thuis in de hoogste regio van categorie 2B en zijn deze velden dus eerder te vergelijken met DDT (een stof die in Nederland al jaren verboden is) dan met koffie zoals het kennisplatform ten onrechte doet.
2.
Enkele leden van de desbetreffende Commissie bij IARC, hebben informeel te kennen gegeven dat een indeling in categorie 2A (waarschijnlijk kankerverwekkend) hun persoonlijke voorkeur zou hebben.
Natuurlijk kan het Kennisplatform geen uitspraken doen over informele informatie, maar in de maatschappij worden deze signalen wel degelijk opgepikt.
3.
Zo ook de uitspraken van het hoofd van de Reflexstudie (prof. Adlkofer) die na publicatie in een commentaar te kennen gaf dat indien men bij de beoordeling ook in-vitro studies meegenomen zou hebben door de IARC zonder twijfel besloten zou zijn tot een indeling in categorie 2A.
Overigens zijn onderzoeken naar speekselklierkankers ook niet meegenomen, terwijl juist die onderzoeken de Israëlische regering onlangs ertoe brachten een wetsvoorstel in te dienen om de telecomindustrie tot waarschuwingen op mobieltjes te verplichten.
4.
In Zweden bestaat een schijnbare discrepantie tussen kankerregistratie en uitkomsten van epidemiologisch onderzoek in de Scandinavische landen (CEFALO studie). Åsa Klint, wetenschappelijk onderzoeker bij het Swedish Cancer Register bevestigde echter de underreporting in Zweden, mogelijk door gebrek aan financiële fondsen. In sommige gevallen worden hersentumoren alleen maar gerapporteerd na pathologische analyse.
Het is dan ook op zijn minst merkwaardig dat de CEFALO wetenschappers zich uitsluitend verlaten hebben op deze gebrekkige Zweedse kankerregistratie en niet op de Deense.
In Denemarken is de incidentie van hersentumoren namelijk in de periode 2001-2010 onder mannen met 40% en onder vrouwen met 29% toegenomen. Dat zijn 495 extra gevallen per jaar.
De bewering in het Memo van het Kennisplatform dat in de officiële kankerregistraties van Denemarken, Finland, Noorwegen en Zweden geen toename van dit type tumoren zijn terug te zien staat dus op gespannen voet met de waarheid en is in hoge mate misleidend.
Interessant dat de geruststellende Zweedse statistieken, en niet de Deense trend, ook door de onderzoekers Ahlblom en Feychting in december 2011 werden aangehaald bij de presentatie van de zgn. Deense Cohortstudie. Niet onvermeld mag blijven dat beide onderzoekers lid zijn van de ICNIRP groep. De onderzoekers laten het publiek geloven dat mobieltjes ongevaarlijk zijn, terwijl die claim op basis van de studie zelf niet gemaakt kan worden.
De Deense Cohortstudie, bekend als het “grootste epidemiologische onderzoek ter wereld m.b.t. hersentumoren”, heeft namelijk vele grote tekortkomingen en zou daarmee wellicht gezien kunnen worden als epidemiologische fraude, zoals haarfijn uitgelegd door Darius Leszczynski van de Finse stralingscommissie RNSA (Radiation and Nuclear Safety Authority) in de Washington Times van 16 dec. 2011: ''Why are epidemiologists (mis)leading us about cell phone radiation exposure?''
Twee van de vele voorbeelden:
a.
De grootste tekortkoming in de studie is het valse criterium dat men uitgaat van de tijdsspanne waarin deelnemers in het bezit waren van een mobiele telefoon en niet hoe hoog de werkelijke stralingsbelasting was. Deze tekortkoming stelt mensen die slechts een paar minuten bellen gelijk met mensen die vele uren per dag hun geliefde toespreken.
b.
Maar een nog veel grotere tekortkoming bij de Deense Cohortstudie is het feit dat men de zakelijke bellers heeft uitgesloten en bovendien heeft meegeteld bij de niet belaste controlegroep van niet-bellers! Men mengde daarmee de hoogst bestraalde groep met de niet-bestraalde groep. Vervolgens gebruikte men deze gemengde groep als controlegroep ter vergelijking met de groep mensen die (weinig) belden! Er bestaat geen betere manier om studieresultaten te manipuleren.
Hoe is het mogelijk dat een studie met dergelijke tekortkomingen, de besmetting van de controlegroep, door de peer-review kwam, aldus Leszczynski.
Australische oncologen en hersenchirurgen spreken in december 2011 in een artikel in Surgery & Neurology International eveneens over een toenemend aantal kwaadaardige hersentumoren in de periode 2000-2008, vooral na 2006. Nóg een reden om niet bagatelliserend te doen over het mogelijk verband tussen hersentumoren en radiofrequente elektromagnetische velden. Waarom waarschuwt het Kennisplatform de Nederlandse bevolking niet op duidelijke wijze?
Tot slot een opmerking over de studieresultaten betreffende een mogelijk verband tussen RF Elektromagnetische Velden en hersentumoren van de Hardell groep, als zouden deze niet corresponderen met de gepubliceerde resultaten van de Interphonegroep.
Beide studies liggen ten grondslag aan de indeling van RF straling in categorie 2B, waar het Kennisplatform in haar memo bij stilstaat.
De onderzoeksgroep rond de Zweedse oncoloog en epidemioloog Hardell ontving in het afgelopen jaar kritiek omdat de onderzoeksresultaten een hoger risico aan zouden geven (voor hersentumoren na langdurig gebruik van mobiele telefonie) dan de onderzoeksresultaten van het Interphone onderzoek.
De groep van Hardell heeft daarop de statistische analyse van haar data herberekend met dezelfde onderzoeksparameters als Interphone. Dat wil zeggen dat:
- de onderzoeksgroep werd beperkt tot de leeftijdsgroep 30-59 in plaats van 20-80 jaar,
- de gemiddelde belduur bij de onderzoekspopulatie werd beperkt,
- en dat er geen rekening meer gehouden werd met de expositie door DECT (draadloze) huistelefoons.
Met deze nieuwe uitgangspunten bleken de resultaten van beide onderzoeksgroepen in zeer grote mate met elkaar overeen te stemmen. Dat is een verdere bevestiging van het verhoogde risico op hersentumoren (300 %) bij personen die de mobiele telefoon langer dan 10 jaar én redelijk intensief gebruiken.
Opmerkelijk dat juist deze week een publicatie verscheen in de Verenigde Staten (Little et.al.) waarbij het National Cancer Institute (NCI) meldde dat de stijgende kankerincidentie wel overeenkwam met de resultaten van Interphone (+40%) en niet met de resultaten van Hardell (+300%).
Alsof men niet wist dat die onderzoeksresultaten elkaar na statistische herberekening nauwelijks ontlopen, met als uitkomst een sterke verhoging van het risico op hersentumoren bij veelbellers na meer dan 10 jaar.
Toch is hier sprake van een ommezwaai van het NCI die eerder iedere samenhang tussen mobiele telefonie en hersentumoren van de hand wees doordat de kankerincidentie niet overeenkwam met de epidemiologische aanwijzingen (door de onbekende latentietijd van hersentumoren).
Het grote nieuws is dat nu openlijk toegegeven wordt dat de kankerincidentie wel degelijk toeneemt en de epidemiologische aanwijzingen van het Interphone onderzoek lijkt te volgen.
In het licht van bovenstaande feiten is dit een verdere bevestiging dat we de waarschuwingen van de integere Zweedse oncoloog Hardell serieus moeten nemen. Al eerder, op het gebied van de kankerverwekkende eigenschappen van Agent Orange, had deze eminente epidemioloog het bij het rechte eind.
Voorzitter, ú bent nu gewaarschuwd, nu nog de Nederlandse bevolking!
--------------------------------------------------
Opm. Stopumts:
Op de 7e bijeenkomst ging het er in ieder geval heel anders aan toe dan op vorige bijeenkomsten. Voorzitter Rombouts van het Kennisplatform bood de NGO's alle ruimte tot het leveren van kritiek, ontlokte reacties bij de anders zo stilzwijgende industrievriendelijke jaknikkers uit de klankbordgroep en sprong zelfs diverse malen voor de felle kritiek leverende NGO's in de bres, met name op het moment dat provider KPN het nodig vond de legitimiteit van de aanwezigheid van Stopumts ter discussie te stellen.
De beoogde nieuwe vicevoorzitter Thijs Aarten gaf een positieve bijdrage aan de discussie door te benadrukken dat de industrie zelf al bezig is de stralingsbelasting te reduceren (o.a. bij eco-dects en babyfoons - red.).
De heer Aarten lijkt daarmee voorstander te zijn van een evenwichtiger voorlichting over de gevaren van de draadloze technologie door het Kennisplatform aan de Nederlandse bevolking.
De tijd zal het leren.
Redactie Stopumts.
Lees verder in de categorie Artikelen | Terug naar homepage | Lees de introductie