Lezing Prof. Olle Johansson in Thesalloniki

zondag, 05 oktober 2008 - Categorie: Artikelen

Van onze wetenschapsmedewerker

Het functionele gebrek elektromagnetische overgevoeligheid en gezondheidseffecten van de elektromagnetische velden van het moderne leven: de visie van een neurowetenschapper.

Olle Johansson

Experimental Dermatology Unit, Department of Neuroscience, Karolinska Institute, 171 77 Stockholm, Zweden.

In Zweden is elektromagnetische overgevoeligheid (electrohypersensitivity, EHS) een officieel geheel erkend functioneel gebrek (dat wil zeggen, het wordt niet beschouwd als een ziekte). Onderzoeken tonen aan dat ongeveer 230.000 tot 290.000 Zweden (op een totale bevolking van ongeveer 9 miljoen) allerlei symptomen door blootstelling aan bronnen van elektromagnetische velden rapporteren.

Elektromagnetisch overgevoelige mensen hebben hun eigen organisatie, de Swedish Association for the Electrohypersensitive met de website www.feb.se (de website heeft een Engelse versie). Deze organisatie maakt deel uit van de Swedish Disability Federation (Handikappförbundens SamarbetsOrgan, HSO). HSO is de verenigde stem van de Zweedse verenigingen van gehandicapten jegens de regering, het parlement en nationale autoriteiten en is een samenwerkingsverband van 43 nationale organisaties met zo’n half miljoen individuele leden. Zie de website www.hso.se (ook deze website heeft een Engelse versie).

Zweedse gemeenten behoren uiteraard de regels van de Verenigde Naties over de gelijkstelling van mogelijkheden voor mensen met gebreken (UN 22 Standard Rules) te volgen. Zie de website www.un.org. Sinds 2007 zijn deze regels opgenomen in de UN Convention on Human Rights for Persons with Functional Impairments). Alle mensen met gebreken moeten hulp en zorg geboden worden volgens de Zweedse wet (‘LSS-lagen’) en volgens de Zweedse Social Services Act (‘Socialtjänstlagen’). Mensen met handicaps hebben allerlei rechten en kunnen verschillende soorten steun krijgen. Het doel is mensen met een gebrek de kans bieden om een leven als ieder ander te leiden. Gehandicapten dienen extra steun te krijgen om te kunnen leven, werken, studeren en in hun vrije tijd bezig te zijn met wat zij graag doen. De gemeenten zijn hiervoor verantwoordelijk. Iedereen moet respect tonen en in gedachten houden dat verschillende mensen individuele ondersteuning nodig kunnen hebben.

In Zweden worden handicaps beschouwd vanuit de omgeving. Niemand is op zichzelf gebrekkig, in plaats daarvan zijn er omstandigheden in het milieu die het gebrek veroorzaken (zoals het ontbreken van een hellingbaan voor een persoon in een rolstoel of het voorkomen van elektromagnetische velden voor een persoon met elektromagnetische overgevoeligheid). Deze manier van beschouwen leidt ertoe, dat ook als geen wetenschappelijk volledige verklaring bestaat voor het gebrek ‘electrohypersensitivity’ en in tegenstelling tot de meningsverschillen in de wetenschappelijke wereld, de persoon met ‘electrohypersensitivity’ altijd met respect bejegend moet worden en de nodige steun moet krijgen om het gebrek te elimineren. Dit betekent dat de persoon met elektromagnetische overgevoeligheid de gelegenheid dient te krijgen om te leven en werken in een voor wat betreft elektromagnetische velden gesaneerde omgeving.

Deze manier van beschouwen kan geheel gemotiveerd worden in relatie tot de hedendaagse nationale en internationale wetten en regels voor gehandicapten, inclusief de UN 22 Standard Rules, de UN Convention en het Zweedse actieplan voor personen met een handicap (prop. 1999/2000:79 ‘Den nationella handlingsplanen för handikappolitiken - Fra°n patient till medborgare’). Ook is de Human Rights Act van de EU geheel van toepassing.

In Stockholm werd in mei 2006 een uniek congres gehouden. Het onderwerp was: ‘Het recht voor mensen met het gebrek ‘elektromagnetische overgevoeligheid’ om in een volledig toegankelijke samenleving te leven’. Het congres werd georganiseerd door de gemeente Stockholm en het graafschap Stockholm en ging over de meest recente maatregelen om Stockholm toegankelijk te maken voor personen met ‘electrohypersensitivity’. Onderdeel daarvan zijn maatregelen zoals het aanpassen van installaties van woningen en het saneren van ziekenhuiskamers voor wat betreft elektromagnetische velden. Het congres is op film vastgelegd.

Er is in de medische wetenschap discussie over de effecten van verschillende vormen van elektromagnetische velden, zoals kanker. Een onderwerp waar veel aandacht aan wordt besteed in de media en in de wetenschappelijke literatuur is de vraag naar de effecten van de straling van mobiele telefoons op de gezondheid. De afgelopen tien jaar is het gebruik van mobiele telefoons enorm toegenomen. Sommigen vinden dat het onze levenswijze faciliteert, maar meer en meer anderen zijn bezorgd over het gebrek aan kennis over de gezondheidseffecten van de straling op korte en lange termijn. Bijvoorbeeld, mobiele en dect-telefoons zijn de grootste bronnen van problemen voor elektromagnetisch overgevoelige mensen. Daarnaast is het een welbekend en algemeen geaccepteerd feit dat het gebruik van mobiele telefoons ongevallen in het verkeer en bij de arbeid veroorzaakt.

Risico’s verbonden aan mobiele telefonie kan worden verdeeld in effecten van de straling (hoogfrequente velden, laag-frequente magnetische velden) van de in de hand gehouden mobiele telefoon en straling (hoogfrequente velden) van basisstations op daken, muren, torens en masten.

Er is momenteel nog onvoldoende bewijs voor wat betreft de toename van het risico op kanker om het gebruik van mobiele telefoons door volwassenen aan te pakken. Maar er zijn wel tekenen dat de algemene gezondheid in dunbevolkte gebieden achteruitgaat en dat het gebruik van mobiele telefoons op hoog vermogen vermeden zou moeten worden. Het is zeer belangrijk dat epidemiologisch onderzoek wordt gedaan met aanvullend toekomstgericht onderzoek en kwalitatieve gegevens over de blootstelling (gestandaardiseerd). Er is ook voortdurend toezicht nodig. Ondertussen zou kinderen en adolescenten afgeraden moeten worden om gebruik te maken van mobiele telefoons.

In een vroeg stadium heb ik de vraag opgeworpen of er een garantie is dat het verstandig en veilig is om ons bloot te stellen aan bestraling van onze gehele lichamen, 24 uur per dag, waar we ook zijn, met dezelfde straling van mobiele telefoons waarvan in laboratoria is gevonden dat hij ernstige schade en effecten veroorzaakt. Ook in een vroeg stadium heb ik er bij verantwoordelijke personen op aangedrongen om serieus na te denken over het experiment op ware schaal dat nu aan de gang is, met onszelf als proefdieren. Sindsdien hebben veel andere personen uitdrukkingen die ik heb verzonnen in hun artikelen en boeken gebruikt en de golven van het debat zijn nu over de hele wereld hoog. Kort geleden hebben 31 onderzoekers op een groot wetenschappelijk congres in Italië samen een waarschuwend geluid laten horen, onder andere met betrekking tot mobiele telefonie en het risico van kanker bij kinderen (de Benevento Resolution van 19 september 2006; nadat de International Commission for Electromagnetic Safety (ICEMS) een internationaal congres had gehouden met de titel ‘The Precautionary EMF Approach; Rationale, Legislation and Implementation’, met als gastheer de gemeente Benevento in Italië, van 22 tot 24 februari 2006.

Een groot aantal onderzoeken heeft laten zien dat de straling van mobiele telefoons de plaatselijke bloedstroom in de hersenen beïnvloedt, het EEG van de hersenen, het korte-termijn geheugen, het vermogen zich te concentreren, de duur en de kwaliteit van de droom-slaap - het deel van de slaap waarin normaliter ons herstel plaats zou moeten vinden. Ecologisch onderzoek wijst erop dat in gebieden met slechte dekking, dat wil zeggen waar de verbinding een hoger vermogen van de telefoon vraagt, zoals in landelijke gebieden, de gezondheid momenteel het snelst achteruitgaat. Het feit dat de straling ook directe schade aan ons genetisch materiaal (dat wil zeggen breuken in het DNA-molecuul) veroorzaakt, onder ander in de zenuwcellen in de hersenen, maakt de situatie alleen maar meer alarmerend.

Lang geleden, reeds in de late jaren ‘80, en nog meer na de Benevento bijeenkomst, vond ik al dat er een grote behoefte bestaat aan een werkelijk onafhankelijke analyse en een samenvatting van de beschikbare wetenschap. Ik heb dit idee eer dan 20 jaar geleden geopperd en kort geleden werd het werkelijkheid in het Bioinitiative Report van 2007, zie de website www.bioinitiative.org.

Het eerste punt in de Benevento Resolution is: ‘Er heeft zich meer bewijs opgestapeld dat suggereert dat er negatieve gezondheidseffecten zijn van beroepsmatige en publieke blootstelling aan elektrische, magnetische en elektromagnetische velden (EMF) met de huidige maten van blootstelling. Wat nodig is, maar nog niet gerealiseerd, is een beknopte, onafhnakelijke en transparante beoordeling van het bewijs dat in de richting van een zich ontwikkelende mogelijke kwestie voor de volksgezondheid wijst.’

Verder luidt punt 6: ‘We moedigen regeringen aan om een stelsel van regels aan te nemen voor publieke en beroepsblootstelling aan elektromagnetische velden dat voldoet aan het voorzorgsprincipe, het Precautionary Principle (dat zegt dat als er aanwijzingen zijn van mogelijke negatieve effecten, hoewel er onzekerheid over bestaat, de risico’s van niets doen veel groter kunnen zijn dan de risico’s van het nemen van maatregelen om de blootstellingen te beperken. Het Precautionary Principle verplaatst de last van het bewijs van hen die een risico vermoeden naar hen die een risico afwijzen) - en sommige regeringen hebben het al gedaan. Voorzorgsstrategieën moeten op ontwerp- en uitvoeringsnormen gebaseerd zijn en gaan niet per definitie over getalsmatige drempels, omdat zulke drempels bij vergissing geïnterpreteerd kunnen worden als niveaus waarbeneden geen negatieve gevolgen kunnen voorkomen.’

Je hoort vaak praten over ‘veilige niveaus’ van blootstelling en dat er ‘geen bewijs is van gezondheidseffecten’, maar mijn persoonlijke antwoord op zulke schijnbaar geruststellende verklaringen is, dat het belangrijk is ons te realiseren, als consumenten, dat ‘geen algemeen aanvaard bewijs voor gezondheidseffecten’ niet hetzelfde is als ‘geen risico’. Te vaak hebben ‘deskundigen’ reeds beweerd deskundig te zijn op gebieden waar hun enige commentaar zou hebben moeten luiden ‘ik weet het niet, we weten het niet.’ Denk bijvoorbeeld aan DDT, röntgenstraling, radio-activiteit, roken, asbest, BSE, blootstelling aan zware metalen, uitgewerkt uranium, enzovoort, enzovoort. In al die gevallen hing de ‘geen risico’-vlag uit voordat de echte kennis kwam. Later moest de vlag snel gestreken worden, vaak na enorme economische kosten en het lijden van veel mensen. Op dezelfde manier is het nu (voor wat betreft de kwestie van ‘bescherming tegen blootstelling aan elektromagnetische velden) belangrijk om duidelijk de achtergrond en werkkring van elke ‘deskundige’ vast te stellen, vooral als zij tegelijkertijd werk doen voor de industrie. Het is belangrijk om klokkenluiders ook te laten spreken op congressen, om hen met gelijke hoeveelheden geld te steunen, of misschien wel met meer, als de wetenschappers en andere ‘deskundigen’ die, reeds van het begin, hebben verklaard dat een bepaalde bron van straling of soort straling of een bepaald product 100 procent veilig is.

In het geval van ‘bescherming tegen blootstelling aan elektromagnetische velden’ is het belangrijk om voorzichtig te handelen vanuit een voorzorgsstandpunt. Elke andere houding zou gevaarlijk zijn! Totale transparantie van de informatie is noodzakelijk, consumenten zijn het moe om elke keer weer de gehele waarheid pas jaren nadat een catastrofe heeft plaatsgevonden te horen. Bijvoorbeeld, de hedendaagse advieswaarden voor mobiele telefonie, bijvoorbeeld de SAR-waarde, zijn alleen maar advieswaarden en geen veiligheidsniveaus. Als wetenschappers biologische effecten waarnemen bij zo weinig absorptie als 20 mikroWatt/kg, is het dan echt veilig om mensen te bestralen met 2 W/kg (dat is een 100.000 maal sterkere straling!), wat de advieswaarde voor ons is? En verder is het vreemd om te zien, elke keer weer, dat zeer relevante wetenschappelijke informatie wordt onderdrukt of zelfs weggelaten in allerlei officiële documenten, tot op het niveau van de regering. Dit is niet iets waar de consumenten baat bij zullen hebben. De officiële verklaring of uitleg van deskundigen en politici is nog heel vaak: ‘Als wij (deskundigend) alles zouden laten weten, dan zouden de mensen zeer angstig worden en in paniek raken’. Ik heb dat persoonlijk nooit zien gebeuren, maar ik maak wel veel mee dat burgers teleurgesteld raken als ze naderhand zich realiseren dat ze bedrogen zijn door hun eigen deskundigen en politici.

Een ander misverstand is het gebruik van wetenschappelijke publicaties (zoals de tabaksindustrie ook vele jaren deed) als ‘gewichten’ op een weegschaal. Maar je kunt NOOIT een wetenschappelijk rapport dat negatieve gevolgen voor de gezondheid beschrijft afwegen tegen een onderzoek waarbij geen negatieve gevolgen zijn gevonden. Dit is een misvatting die veel wordt gebruikt door de industrie en de autoriteiten. Het algemene publiek is makkelijk te misleiden door zo’n valse argumentatie, maar als je door een giftige slang gebeten wordt, wat maakt het dan uit dat er 100 miljoen niet-giftige slangen bestaan?

Ik heb al genoemd dat een internationale werkgroep van wetenschappers, onderzoekers en deskundigen op het gebied van de volksgezondheid (de BioInitiative Working Group) zijn rapport heeft gepubliceerd op 31 augustus 2007, zie de website www.bioinitiative.org. Het rapport leidt tot serieuze zorgen over de veiligheid van de huidige openbare grenswaarden die regelen hoeveel EMF toelaatbaar is van hoogspanningslijnen, mobiele telefoons en veel andere bronnen van blootstelling aan elektromagnetische velden in het dagelijks leven. Elektromagnetische straling van bronnen zoals hoogspanningslijnen, installaties in gebouwen, grondleidingen en apparaten, worden in verband gebracht met een toename van het risico op leukemie bij kinderen en kunnen het begin zijn van kanker bij volwassenen.

Het rapport geeft gedetailleerde informatie over de gezondheidseffecten als mensen blootgesteld worden aan elektromagnetische straling honderd of duizend maal minder sterk dan de grenzen die nu zijn vastgesteld door de Federal Communications Commission (FCC) in de Verenigde Staten en door de International Commission for Non-Ionizing Radiation Protection (ICNIRP) in Europe. Wij, de auteurs van het rapport, bekeken meer dan 2000 wetenschappelijke onderzoeken en verslagen. Onze conclusie is, dat de bestaande publieke advieswaarden niet adequaat zijn om de volksgezondheid te beschermen. Vanuit het standpunt van de volksgezondheid zijn nieuwe veiligheidswaarden nodig en grenzen aan de verdere ontwikkeling van risicovolle technologieën. Wij baseren ons op het gezamenlijke gewicht van de evidentie.

Het rapport documenteert wetenschappelijk bewijs dat zorgen doet rijzen over leukemia bij kinderen (door hoogspanningslijnen en andere elektrische blootstellingen), hersentumoren en acoustic neuroma’s (door mobiele en draadloze telefoons) en Alzheimer. Er is evidentie dat EMF een risicofactor is voor kanker zowel bij kinderen als bij volwassenen. Dr. David Carpenter, directeur van het Intsitute for Health and the Environment van de Universiteit van Albany in New York, mede-auteur van ons rapport en deskundige op het gebied van volksgezondheid, zegt: ‘Dit rapport is een signaal om wakker te worden; langdurige blootstelling aan sommige vormen van EMF kunnen ernstige gezondheidseffecten hebben. Een goede planning van de volksgezondheid is nodig om kanker en neurologische ziekten te voorkomen, die gerelateerd zijn aan blootstelling aan hoogspanningslijnen en andere bronnen van EMF. We moeten de mensen en de beslissers leren dat ‘business as usual’, doorgaan op hetzelfde pad, onaanvaardbaar is’.

Nancy Wertheimer, een deskundige op het gebied van volksgezondheid in Colorado, en Ed Leeper, een elektrotechnisch ingenieur, stelden de eerste vragen over hoogspanningslijnen. Wertheimer merkte op dat kinderen twee tot drie keer zoveel leukemie kregen in huizen in Denver die dichtbij hoogspanningslijnen of transformatorhuizen lagen. Er zijn nu dozijnen onderzoeken die het verband bevestigen, maar een antwoord van de verantwoordelijken voor de volksgezondheid komt heel langzaam, en nieuwe normen om het publiek te beschermen zijn noodzakelijk.

Hersentumoren hebben meestal een zeer lange tijd nodig om zich te ontwikkelen, in de orde van 15 tot 20 jaar. Gebruik van mobiele of draadloze telefoons is gerelateerd aan hersentumoren en acoustic neuroma’s (een tumor van de gehoorzenuw in de hersenen). De tumoren worden pas na 10 jaar ontdekt (dat is een kortere tijd dan bij veel andere kankerverwekkende stoffen). Een overzicht van alle onderzoeken toont een verhoging van het risico op een hersentumor van 20 procent na tien jaar gebruik. Maar het risico stijgt naar 200 procent (een verdubbeling) voor tumoren aan dezelfde kant als waar de mobiele telefoon hoofdzakelijk werd gebruikt.

De draadloze technologieën die hoogfrequente velden gebruiken voor het sturen van e-mails en het communiceren met spraak zijn duizenden malen sterker dan de niveaus waarbij enkele gezondheidseffecten worden gerapporteerd. Langdurige blootstelling aan radiofrequente en hoogfrequente straling van mobiele telefoons, draadloze telefoons, basisstations, WiFi en andere draadloze technologieën zijn gerelateerd aan fysieke symptomen waaronder hoofdpijn, vermoeidheid, slaapstoornissen, duizeligheid, veranderingen in de activiteit van de hersengolven, gebrek aan concentratie en geheugen. Wetenschappers rapporteren dat deze effecten kunnen optreden zelfs bij zeer lage blootstellingsniveaus, bij dagelijks gebruik. Kinderen zijn in het bijzonder kwetsbaar voor blootstellingen aan allerlei milieu-invloeden.

Het rapport maakt duidelijk dat de FCC-, ICNIRP- en andere internationale grenswaarden voor het publiek en bij de arbeid aan laagfrequente elektromagnetische velden en radiofrequente straling geen bescherming voor de gezondheid bieden. Nieuwe grenswaarden worden aangevoerd, gebaseerd op biologie, om biologische effecten en mogelijke negatieve gevolgen van chronische blootstelling te voorkomen. Deze effecten worden ruimschoots en van overal gerapporteerd bij blootstellingsniveaus die significant lager zijn dan de meeste nationale en internationale adviesgrenswaarden.

Zulke op biologie gebaseerde grenswaarden zijn nodig om verstoring van het normale proces van het lichaam te voorkomen. Effecten die gerapporteerd worden zijn schade aan het DNA (genotoxiciteit die rechtstreeks is gerelateerd aan de integriteit van het menselijk genoom), verstoring van communicatie van de cellen, van het metabolisme en het herstel van cellen, van de lichaamseigen bewaking tegen kanker, van beschermingsmechanismen tegen kanker en het ontstaan van neurologische ziekten. Ook worden neurologische effecten gerapporteerd met inbegrip van veranderingen in de activiteit van de hersengolven tijdens gesprekken met een mobiele telefoon, vermindering van geheugen, aandacht en cognitief vermogen, slaapstoornissen, hartkloppingen, veranderingen in het immuunsysteem (allergische en ontstekingsreacties).

Dr. Martin Blank, onderzoeker op het gebied van bioelektromagnetisme en mede-auteur, die het hoofdstuk over de stress proteïnen heeft geschreven, zegt: ‘Cellen in het lichaam reageren op EMF als mogelijk schadelijk, net als op andere gifstoffen uit het milieu, waaronder zware metalen en giftige chemicaliën. Het DNA in levende cellen herkent elektromagnetische velden al bij zeer geringe blootstelling en produceert een biochemische stress-respons. Wetenschappelijke evidentie laat ons zien dat onze veiligheidsnormen niet adequaat zijn en dat we onszelf moeten beschermen tegen blootstelling aan EMF van hoogspanningslijnen, mobiele telefoons en andere bronnen.’

In veel commentaren, discussies en openbare lezingen in de afgelopen 20 tot 30 jaar heb ik aangedrongen op volledig onafhankelijke onderzoeksprojecten die meteen moeten worden begonnen om onze volksgezondheid te verzekeren! Deze projecten moeten geheel onafhankelijk zijn van welke vorm van belang dan ook, volksgezondheid heeft geen prijskaartje! Ook de wetenschappers in zulke projecten moeten vrij zijn en de onafhankelijke financiering moet 100 procent zijn, niet 99 procent of minder. Het is duidelijk dat dit de verantwoordelijkheid is van de democratisch verkozen vertegenwoordigers in elk land.

Op het moment weet ik niet of de straling onze immuunsystemen heeft aangetast, of wat er gebeurt. Aan de andere kant is het duidelijk dat er iets ernstigs gebeurt en is gebeurd. We kunnen dat feit niet langer ontkennen en mijn collega’s en ik hebben daarom herhaaldelijk de verantwoordelijke autoriteiten en politici aangesproken om in actie te komen. Laat deze zaak niet opnieuw een voorbeeld worden van lange tijd geen actie ondernemen - zoals de zaak van de broeikasgassen. Kom in actie als er nog tijd is!

Het is echt noodzakelijk dat volledig gefinancierde, werkelijk onafhankelijke onderzoeksprojecten onmiddellijk begonnen moeten worden om de volksgezondheid zeker te stellen. Zij moeten geheel onafhankelijk zijn van welk commercieel belang dan ook. Dat is de verantwoordelijkheid van elke gekozen regering in elk land, en het is vooral van belang voor de mensen met elektromagnetische overgevoeligheid.

Ik bedank voor de steun die zij hebben gegeven: het Karolinska Instituut, het Kanker en Allergie Fonds (‘Cancer- och Allergifonden’) en de Help Stichting (‘Hjälpfonden’). Voor meer informatie en voor verwijzingen naar de wetenschappelijke literatuur kunt u contact opnemen met de auteur, olle.johansson(at)ki.se

Zie voor de originele tekst van de lezing:
Zie voor de Engelstalige proceedings van het congres:
www.der-mast-muss-weg.de/pdf/studien/Thesaloniki_Tagungsband.pdf .



Lees verder in de categorie Artikelen | Terug naar homepage | Lees de introductie